dinsdag 22 december 2009

Koud hè?

Vanaf morgen heb ik anderhalve week vrij. Lekker even bijkomen van alle drukte van het afgelopen half jaar. Voor John begon de vakantie vrijdag al. Na een weekendje in de Nederlandse sneeuw is hij gisteravond, zij het met enige vertraging, weer thuis gekomen.

Ik zat intussen ook in de sneeuw, maar zo spectaculair als in Nederland was het hier niet. Koud was het wel af en toe, vooral toen zondagmiddag de verwarming uitviel.
We hebben een oerhollandse centrale verwarming, enige verschil is dat we hier op olie stoken in plaats van op gas.
Ik zat lekker met een boek in een luie stoel, kaarsjes aan, toen ik opeens het gevoel kreeg dat het kouder werd in huis. De thermometer bevestigde mijn vermoedens en de radiatoren waren hooguit een beetje lauw. Op naar het stookhok dan maar en kijken of in de brander weer aan de praat kon krijgen. Deze sprong wel aan, maar ook meteen weer uit. Hmm, slecht teken. Dan maar ons kleine draagbare elektrische kacheltje van stal halen. Zal ik de loodgieter vandaag bellen of morgenochtend? Ik bel hem op en vraag of hij maandagochtend vroeg kan komen. Dat is goed. een uur later gaat de bel. Daar staat de loodgieter! "Ik dacht ik kom gelijk maar even". Hij neemt een kijkje in het stookhok en komt tot de conclusie dat de olie op is. Niet grappig! De vorige bewoners dachten dat we het tot februari zouden redden met de voorraad, maar dat was dus iets te optimistisch. Gelukkig bleek de olieboer een goede bekende van de loodgieter en even later was afgesproken dat de olie maandagochtend geleverd zou worden. Toen ik maandagmiddag thuis kwam uit mijn werk brandde de verwarming weer volop en was de temperatuur in de kamer stijgende. Ik geloof dat we erg geboft hebben met onze (gepensioneerde) loodgieter want om me heen klagen mijn collega's steen en been over de slechte service van loodgieters, schilders en andere klussers, en onze eigen eerdere ervaringen met de Noorse kluswereld waren ook niet bepaald om over naar huis te schrijven.

Dit weekend heb ik ook de ijsbaan uitgeprobeerd. Leuk om weer te schaatsen.
Op mijn noren had ik zoals gewoonlijk nogal wat bekijks, maar ik keek om mijn beurt mijn ogen uit toen ik een dreumes voorbij zag scheuren op klapschaatsen. Hij was amper twee turven hoog, maar ging als een dolle over het ijs. Met vallen en opstaan weliswaar, maar hard ging het. "Die heeft vast Nederlandse ouders", dacht ik, om meteen daarna vast te stellen dat dat een idiote gedachte was. Er zijn tenslotte ook Noren die kunnen schaatsen. Larvik organiseerde in 1977 zelfs het EK, waar de vier S-en genadeloos toesloegen. Slechts twee keer brons voor Nederland, zie ik in de statistieken. De lokale schaatsclub heeft ook enkele bekendheden voortgebracht waaronder Tom Erik Oxholm, tegenwoordig eigenaar van een grote fitnessclub hier in de stad. De laatste decennia lijkt Larvik echter niet meer zo mee te doen op het hoogste schaatsniveau.
Toen ik op het punt stond naar huis te gaan, werd ik aangesproken door twee kinderen die mijn schaatsen erg interessant vonden. Ik vroeg of ze de dreumes hadden zien rijden. Ja, dat hadden ze. En hij ging inderdaad hard, maar wat ze niet snapten was waarom hij op kapotte schaatsen reed, met van die ijzers die er half afhingen. Zo raar....

maandag 14 december 2009

Vleesschotel in boshut

Zaterdagochtend werd ik wakker en het eerste wat ik dacht was: "Oef, dat hebben we ook weer gehad."

Bij de gemeente Risør hadden we een uiterst beperkt budget voor sociale activiteiten en dit jaar was de hele pot was besteed aan een zomerfeest (waar ik niet bij kon zijn, maar dat was niet zo heel erg aangezien het op de bewuste avond goot van de lucht waardoor het geen bruisend buitenfeest werd maar een slappe avond in een triest hotel met een enigszins depressieve aftandse zanger die voortijdig het toneel verliet).
Met een lege feestkas is het slecht feesten en dus was besloten dat er dit jaar geen kerstetentje zou komen. Ach, wat jammer nou......

Maar ja, toen kwam de verhuizing.
Op 5 oktober begon ik in mijn nieuwe baan. Op 8 oktober kwam er een mailtje: "Goedemorgen Emmy, op 11 december is het jaarlijkse julebord. We hopen dat je komt. Groetjes, de feestcommissie."
Tja, wat nu?
Eén van de hoofdpunten in mijn functieomschrijving is aandacht voor het werkklimaat, zowel het fysieke (voorkomen van muisarmen enzo) als het sociale. Mooie verhalen houden en dan vervolgens niet op komen dagen op het julebord, dat vind ik eigenlijk niet kunnen. Ik voel me moreel verplicht om er heen te gaan. En eerlijk gezegd was ik ook wel een klein beetje nieuwsgierig, want het zou geen standaard kerstetentje in een restaurant zijn, maar een koud buffet in een "hut" in het bos.

Ik begon tijdig met de voorbereidingen. Zoals ik vorig jaar al schreef, is kleding erg belangrijk tijdens het kerstgebeuren. Om stress te voorkomen, toog ik naar een winkel waar ze kleding verkochten die ik leuk vond. Ik sprak de woorden "julebord in boshut" en voilà, een uurtje later stond ik buiten met een volledige julebordgarderobe (ok, nog iets meer ook....). Tjonge, wat kan het leven soms toch eenvoudig zijn.

Naarmate de feestavond dichterbij kwam, kreeg ik steeds meer zin om me net zo hard af te melden als ik me had aangemeld. Matig eten, flauwe toespraken, dronken collega's, tja, ik weet niet, ik word er gewoon niet vrolijk van.
Maar op 11 december, om 18 uur, bevond ik me natuurlijk toch gewoon in de bus die ons naar de hut zou brengen.

De feestcommissie had hard gewerkt om er wat van te maken: knus gedekte tafels, een kerstboom, een brandende open haard. Eerlijk is eerlijk, het zag er leuk uit.
Hoewel de traditionele ribbe en pinnekjøtt me dit jaar bespaard bleven, was het eten weer niet om over naar huis te schrijven: spekemat, ook zoiets typisch Noors. Spekemat laat zich nog het beste vertalen als "vleesschotel". In de praktijk betekent het schalen met worst en vleeswaren, schalen met salades - liefst aardappelsalade in een vettige saus -, en brood. De feestcommissie had nog wel een gezonde twist aan het geheel gegeven door ook schalen met voorgesneden fruit op tafel te zetten. En er was natuurlijk taart en chocolade. Dat laatste in grote hoeveelheden ingeslagen in Zweden, samen met het bier en de vleeswaren. We wonen hier tenslotte vlak bij de boot naar Strömstad, dus een harrytur is een fluitje van een cent.

De avond zelf dan? Mwah, goed te doen, al is het voor mij toch meer overleven dan beleven. De persoonsverandering die sommige collega's ondergaan, is over het algemeen geen verandering "ten goede", maar die beelden zet ik in een hoekje ver weg in mijn geheugen. Helemaal wissen van de harde schijf, dat lukt nog niet. Misschien over een paar jaar. Noren zijn er in elk geval heel goed in, dat weet ik zeker. Op maandagochtend is er geen kip die nog met een woord rept over het julebord van vrijdagavond, behalve dan de mensen die er niet bij waren en die vragen hoe het was. De rest lijkt het volledig te zijn vergeten. Misschien maar beter ook...

woensdag 9 december 2009

Kookles


Afgelopen maandag om 17 uur denderde Rose bij ons naar binnen. Wie is dat nu weer? Nou, dat is iemand die ik via internet had besteld. Ruim een week geleden was John jarig en hoog op het verder niet zo lange wensenlijstje stond een avondje kookles. Dat bleek nog niet zo heel makkelijk te regelen, want de meeste kooklesgevers richten zich op grotere groepen (bedrijfsfeestjes en vrijgezellenavonden enzo). Maar uiteindelijk vond ik dus Rose, een kookjuf uit Larvik.

Het doel van de les was om wat nieuwe dingen te leren. Koken kan John namelijk al. En nog best goed ook. Ik ben in elk geval heel tevreden, en kijk altijd uit naar de dagen dat hij kookbeurt heeft. Alleen de logistiek van het koken is nogal eens een uitdaging. Als John weer eens experimenteert met iets nieuws, ziet de keuken er meestal uit alsof er een orkaan in heeft gewoed. Maar goed, dat ruimt hij dan ook zelf weer op.

Rose kwam ons wat bijbrengen over het klaarmaken van vis en schaaldieren. Op het menu stonden scampi, zalmforel en een dessert van vannbakkels, een soort soesjes. "De vrouw bakt", vond Rose (ze was iemand met nogal sterke meningen, om het zo maar eens uit te drukken), en ze zette mij aan het werk met melk, bloem en een eindeloze hoeveelheid eieren. Wat een kledderboel werd dat. Maar in de oven begonnen de meelbollen dan toch te rijzen. Gelukkig was ik zo slim om een foto te maken terwijl ze nog in de oven stonden, want eenmaal er uit, zakten ze natuurlijk meteen in elkaar. Maar niet getreurd: slagroom erin en het smaakte toch nog goed.

Intussen leefde John zich uit op het afsnijden van de kop van de zalmforel, het trekken van visbouillon en het marineren van de scampi. Heerlijke geuren stegen er op van zijn kant van de keuken. Het eindresultaat mocht er ook zijn: lekkere knapperige scampi, volle romige vissoep, overheerlijke zalmforel en tot slot dan, tja, de vannbakkels. Na het vertrek van Rose (hehe, wat een rust) aten we onze buikjes rond. We konden het zelfs, met enige moeite, opbrengen om de keuken in oorspronkelijke staat terug te brengen.
Ik verheug me al op de volgende kookbeurt van John.