woensdag 20 augustus 2008

Kaaskoppen en hansworsten

Nu we ons eenjarig jubileum gevierd hebben, is het tijd om eens wat meer te vertellen over het dagelijks leven hier. Noorwegen mag dan qua "cultuur" niet zo extreem anders zijn dan Nederland, er zijn toch behoorlijk wat verschillen. Naarmate we hier langer wonen, krijgen we daar beter zicht op. Laten we beginnen met het onderwerp "eten".

Noren zijn trots op hun producten en tradities, maakt niet uit in welke categorie die vallen. Toen een collega me maanden geleden belangstellend vroeg of Nederland traditionele gerechten kende, zat ik met mijn mond vol tanden. Toen ik het later aan John vertelde, dreunde die meteen een heel lijstje met gerechten op, boerenkoolstamppot bovenaan. O ja... Niet aan gedacht. Nee, ik ben bepaald geen ster als het gaat om het vertellen over wat nou typisch Nederlands is. Al weet ik niet of het wat zou uitmaken voor het beeld dat Noren van Nederland hebben. Ik heb al vaak proberen uit te leggen dat echt niet alle Nederlanders op klompen lopen, maar dat wil er geloof ik nog niet helemaal in bij onze Noorse vrienden.

"Kunnen we iets voor jullie meenemen?". Iedereen die tot nu toe op bezoek is geweest heeft die vraag gesteld. En wij zeggen altijd ja! Het gaat wat te ver om te zeggen dat er dingen zijn die we echt missen. In Noorwegen is tenslotte zo'n beetje alles te koop wat je in Nederland ook hebt. Alleen zijn sommige dingen in Nederland gewoon lekkerder (vinden wij).
Bovenaan de lijst met importvoedsel staan kaas en pure chocolade. Gedeelde eerste plaats zou ik zeggen.
Het assortiment pure chocolade is in de gewone supermarkten niet groot. "Wij zijn niet zo van de pure chocolade", zeggen ze hier, "maar onze melkchocolade is super". Tja, het is natuurlijk een kwestie van smaak, en we moeten constateren dat ons idee van chocolade anders is dan dat van de Noren.
Dan de kaas. Ehh, kaas??? Die smakeloze gele stukjes rubber uit de supermarkt bedoel je? ja, die ja, ik kan er ook niets aan doen dat die als kaas verkocht worden. OK, toegegeven, de Noren hebben brunost, bruine kaas. Dat vind ik nou toevallig heel erg lekker, maar met kaas heeft het niet zoveel te maken. Het grappige is dat veel Noren hun eigen gele kaas ook niet lekker vinden. Maak dan iets beters, zou je denken. Maar nee. Overigens kun je hier als je heel goed zoekt en je ogen dicht doet als je je geld uit je portemonnee haalt, wel echte Goudse (dus niet aangepast aan de smaak hier) kaas vinden, maar niet in ons dorp. Te oordelen naar de stukken kaas die mijn ouders het afgelopen jaar naar Noorwegen hebben vervoerd of laten vervoeren, moet de omzet van de firma Beemsterkaas flink gestegen zijn.
Ook populair op het importlijstje zijn Nutella en koffie.

Net we als in Nederland deden, bakken we hier zelf brood. Dat klinkt rustieker dan het is, want we gebruiken gewoon zo'n zelfs-de-grootste-sukkel-kan-het broodbakmachine. En broodmix van Lidl. Zolang de voorraad strekt. Lidl constateerde namelijk dat ze geen poot aan de grond kregen in Noorwegen en heeft zijn supermarkten verkocht aan de nationale boodschappengigant Rema. Het was altijd lekker boodschappen doen bij Lidl: geen mens in de winkel. Maar dat heeft dus ook z'n nadelen. Op het gebied van brood zou het trouwens leuk zijn geweest als de Deense overheersers destijds wat meer hun sporen hadden achtergelaten. Het uitgebreide broodassortiment bij de bakkers in Skagen is me goed bijgebleven. Daarbij vergeleken, is het hier niet veel soeps.

Nou, als ik mijn verhaal zo teruglees, lijkt het alsof er weinig deugt van de Noorse levensmiddelen. In de praktijk is het natuurlijk niet zo dramatisch. We laden elke week vrolijk onze kar vol bij de Rema en we eten lekker. Naast de brunost in zijn vele varianten, zijn er meer dingen die ons bevallen, vooral de vis: veel keuze en over het algemeen betaalbaar. Dankzij de goede vangst zijn de (ongepelde) garnalen dit jaar zelfs bijna te geef. Garnalen eten is een populaire bezigheid hier, vooral op zomerse bedrijfsuitjes. Het is niet voor niets dat John op dit moment samen met zijn collega's op "garnalenavond" is.

Waar Noren van houden? Het eerste dat bij me opkomt, is vlees. Het tweede dat bij me opkomt, is ook vlees. Ik heb de statistieken er niet op na geslagen, maar het kan niet anders of Noorwegen gooit hoge ogen in de strijd om de titel "meestercarnivoren". Vleeswaren, worsten, lappen, bouten; op brood, in de pan, en -het allerliefst- op de barbecue. Boodschappenkarren vol met vlees worden behendig door de supermarkt gestuurd. Hebben we een cursusdag waarop de lunch is inbegrepen, dan zit er op twee van de drie broodjes vlees (en op het derde garnalen). Koop je bij de kiosk op het vliegveld een kop koffie, is de kans groot dat degene voor je en degene na je met een worstenbroodje de zaak uit stappen.
Vegaburgers heb ik nog niet kunnen ontdekken. Wie geen vlees eet, moet hier in elk geval creatiever zijn dan in Nederland.

Ach ja, ben benieuwd wat we morgen eten.

zondag 10 augustus 2008

Zomervakantie



Drie weken geleden begon onze zomervakantie, of eigenlijk mijn zomervakantie, want die van John was natuurlijk al een tijdje aan de gang. Drie weken geleden vierden we ook dat we precies een jaar in Noorwegen woonden. Tijd voor reflectie dus, maar eerst op vakantie!

De reis ging naar Noord-Italië en Slovenië. Niet geheel toevallig, want in Ljubljana werd deze zomer het EK atletiek voor masters (een mooi woord voor veteranen = iedereen boven de 35) gehouden, en John had zich daarvoor aangemeld. De handigste manier om in Slovenië te komen was bij Ryanair een ticket naar Bergamo kopen en vandaar met de auto verder gaan.

De eerste stop was dus Bergamo, de moeite waard vanwege de mooie oude stad en heerlijk ijs. Vervolgens ging de reis naar naar Triëst. Die stad doet zijn naam eer aan als je hem op z'n Nederlands uitspreekt. Je mist er niets aan als je er niet geweest bent, maar ze hebben er wel goede koffie.
Na Triëst was dan de beurt aan Slovenië waar we een week zijn gebleven. We logeerden op verschillende plaatsen binnen een straal van niet al te veel kilometers van het atletiekstadion.
Het EK trok veel deelnemers, vooral uit de landen in de buurt van Slovenië, maar ook uit Nederland en Noorwegen. In de meeste takken van de atletiek gingen de leeftijdscategorieën (steeds per vijf jaar) wel tot 85+. Soms maar met één of twee deelnemers per categorie, maar toch. Het is nauwelijks voor te stellen hoe fit al die ‘bejaarde’ deelnemers zijn. En fanatiek ook! Sommigen gaven zoveel tijdens de wedstrijd dat ze vervolgens maar met moeite het podium konden beklimmen.
John liep de series van de 400m en de series en halve finale van de 800m. Aangezien je vooraf ook nog eens je deelname persoonlijk moet bevestigen, betekende dat dus heel wat ritjes naar het stadion. Het was warm, om niet te zeggen snikheet toen John, in het oranje, zijn rondje(s) moest lopen. Maar hij doorstond het goed, en bereikte met de halve finale van de 800m zijn doelstelling.
Tussen de atletiekbedrijven door maakten we uitstapjes en zochten we verkoeling in zwembaden en meren.
Afgelopen weekend was het tijd om weer langzaamaan naar het westen op te schuiven. We reden langs de noordkant terug naar Italië, net ten zuiden van de grens met Oostenrijk. Het laatste deel van de vakantie brachten we door met luieren, zwemmen, en (natuurlijk) trainen. Terug in Italië misten we de vriendelijkheid en de wat modernere inslag van Slovenië, maar in ruil daarvoor hadden we weer lekkere koffie.

Donderdag vertrokken we weer naar huis. Jammer, maar heerlijk om aan te komen in de rust van de kleine luchthaven Torp in plaats van in de mierenhoop op Schiphol. Thuis werden we warm ontvangen door Yvonne, Eltjo, Stefan en Arnoud, die twee weken lang op huis en katten hadden gepast. Het huis zag er goed uit, Nelson en Pebbles waren in prima vorm, hooguit was hun vacht wat versleten door het vele aaien. Kortom, we hadden ons geen betere thuiskomst kunnen wensen.

Nu is het zondag. Morgen wacht het gemeentehuis, donderdag de school.
Na één jaar Noorwegen kunnen we in elk geval de conclusie trekken dat we hier een gewoon leven leiden, met een ongewoon uitzicht...