zondag 20 januari 2008

Ringveien 29 - deel 2: huizen kijken

Nu we onze vraagtekens bij het kopen van de kavel op Spirekleiv hadden gezet, diende zich de vraag aan wat het alternatief was. Een bestaande woning kopen natuurlijk, maar waar? Ondanks dat we een optie op een kavel hadden, hadden we al aardig wat huizen bekeken, deels uit nieuwgierigheid, deels om een beter beeld te krijgen van de markt.

Onze eerste serie bezichtigingen vond al plaats in mei, toen we net wisten dat we naar Risør zouden verhuizen. Een bezichtiging kun je hier op verschillende manieren regelen. Een van de meest gangbare manieren is het open huis. Dit wordt meestal georganiseerd direct nadat het huis op de markt is gekomen. De makelaar is dan aanwezig met folders en leidt de belangstellenden rond. Een open huis is vooral interessant voor woningen die goed in de markt liggen. Het idee is dat er meerdere belangstellenden zijn die tegen elkaar op gaan bieden waardoor het huis voor een goede prijs weggaat. Kun je niet naar het open huis dan kun je via de makelaar een afspraak maken voor een bezichtiging. Meestal word je dan rondgeleid door de bewoner en is de makelaar niet aanwezig. Staat het huis al leeg, dan vertelt de makelaar op welke plek in de schuur of brievenbus de sleutel ligt, zodat je zelf kunt gaan kijken. Je kunt ook op de gok naar een te koop staand huis toegaan en vragen of je even mag kijken. Grote kans dat het geen enkel probleem is.

Van die eerste serie bezichtigingen is me vooral bijgebleven dat we tot de conclusie kwamen dat het een hele kluif zou worden een leuk bestaand huis te vinden. Op de foto zagen de meeste woningen er nog wel aardig uit. Dat moet ik de makelaars nageven: zelfs het grootste krot weten ze nog leuk op de foto te zetten. Eenmaal ter plekke werden we echter geconfronteerd met de harde werkelijkheid. Om te beginnen was daar natuurlijk de authentieke Noorse keuken- en badinrichting. Ik ken niets in Nederland waarmee je die zou kunnen vergelijken. Het zal best bestaan hebben, maar dat moet dan lang voor onze tijd geweest zijn. Verder zijn er veel huizen die je gerust het etiket "project" kunt opplakken. Niet gewoon een project voor de handige doe-het-zelver, maar een project voor de superhandige, alleskunnende en vooral onvermoeibare doe-het-zelver.
Op een dag bekeken we een huis in Risør. We werden rondgeleid door de eigenaar die inmiddels naar Brazilië was verhuisd. De begane grond zag er al niet al te fantastisch uit, maar als je de jaren 70 decoratie wegdacht, was er nog wel iets van te maken. Toen kwamen we in de kelder. Of wat daar voor door moest gaan. Bouwput was misschien een betere benaming. "Ja", verklaarde de eigenaar, "ik was ooit van plan hier een zwembad te bouwen, maar het is niet helemaal afgekomen..."

De bezichtigingen die we vanaf augustus deden, verliepen iets beter. We leerden door de foto's heen kijken en kregen door welke dingen hier van belang zijn voor de prijs van een huis. Uitzicht op zee en een eigen aanlegplaats voor een boot staan boven aan de lijst van prijsverhogende elementen. Binnen een straal van 200 meter van Risør centrum doet het ook goed. Alles wat verder is, heet "buiten de stad" en levert minder op. Ruimte om het huis betekent weinig want er is hier ruimte zat.
Zo kwamen we bij een huis dat tussen Risør en onze camping in lag, op ongeveer een kwartier rijden van het centrum. Op een heuvel, uitzicht op de fjord, goede buitenruimte, in goede staat, grote garage. Er waren ook wat nadelen: kleine slaapkamers met schuine wand, een badkamer die zo was ingericht dat je alleen zittend in het bad kon douchen, een kelderverdieping waarvan de helft nog afgewerkt moest worden. Maar het was, om in makelaarstermen te spreken, een huis met mogelijkheden. We besloten een bod uit te brengen. Een bod doe je hier schriftelijk en als de verkoper ja zegt, is het direct bindend. Je kunt dus niet meer terug. Het was daarom prettig dat we wisten dat we de kavel terug konden geven, als we dat wilden. Om een lang verhaal kort te maken: we kwamen er niet uit met de verkoper. Wij wilden eigenlijk niet meer betalen dan de vraagprijs (anders dan in Nederland zet men hier vaak een vraagprijs in de advertentie die iets lager ligt dan het bedrag dat men uiteindelijk hoopt te vangen). De verkoper wilde 100.000 kronen meer hebben dan de vraagprijs. Geen onoverkomelijk bedrag, maar toch wilden we het niet op tafel leggen. Zou dat betekenen dat dit niet het huis voor ons was?

Er verscheen een nieuw huis op internet, in Risør zelf. Bij John op school werd er druk over gesproken. Het huis had een fantastisch uizicht op zee, er woonden nu Nederlanders, ze hadden er aardig wat aan gedaan sinds ze er ruim twee jaar geleden in waren getrokken. Moesten we daar misschien gaan kijken? We bekeken de foto's op internet, maar erg enthousiast werden we er niet van. "Niet interessant", besloot ik, "en bovendien te duur." Daarbij was de bezichtiging wat te vroeg voor mij (ik werkte toen nog in Arendal). John zag ook niet zo veel in het huis, maar aan de andere kant, hij was toch in de buurt op het tijdstip van het open huis. Dus hij besloot - grotendeels uit nieuwsgierigheid - te gaan kijken. Voor die verbijsterend hoge vraagprijs moest toch een reden zijn?

Geen opmerkingen: